
Hoe herken ik een longembolie?
Leestijd: 5 minutenAfgelopen week was het uitgebreid in het nieuws; het overlijden van chef-kok Jonnie Boer, eigenaar van driesterrenrestaurant De Librije in Zwolle. Hij overleed – 60 jaar oud – op Bonaire aan de gevolgen van een longembolie. In Nederland krijgen zo’n 10.000 mensen per jaar te maken met een longembolie en een aantal van hen overlijdt hieraan. Maar wat is nu precies een longembolie en hoe herken ik de verschijnselen op tijd? We lichten het in deze blog toe.
Bij een longembolie sluit een bloedstolsel een deel van de slagader van de long af. (Het woord embolie komt uit het Grieks en betekent afsluiting.) De longslagader loopt van het hart naar de longen en vervoert zuurstofarm bloed. In de longen, preciezer in de longblaasjes, wordt het bloed vervolgens van nieuwe zuurstof voorzien. Wordt deze slagader afgesloten, dan kan er geen bloed meer naar de longen stromen en ontstaat er een zuurstoftekort. Is dit zuurstof erg groot, dan daalt de bloeddruk en kan een hartstilstand optreden, waaraan iemand kan overlijden.
Een longembolie is meestal een gevolg van een (gedeeltelijk) losgelaten stolsel in het been of in de buikholte. Zo’n bloedstolsel – in medische termen trombose genoemd – ontstaat als in het lichaam het systeem van stolling en antistolling uit balans is. In ons bloed hebben we stoffen die ervoor zorgen dat ons bloed kan stollen als dat nodig is. Dit is belangrijk bij bijvoorbeeld een wondje; er wordt dan snel een stolsel aangemaakt, zodat het bloeden stopt. Vervolgens stopt de aanmaak van het stolsel weer.
Als er sprake is van trombose dan gaat er iets mis in dit systeem. Het bloed stolt terwijl er helemaal geen wondje ergens is of het bloed stopt niet met stollen. Dat kan gebeuren als:
- De wand van een bloedvat is aangetast door bijvoorbeeld aderverkalking
- Het bloed langzaam stroomt door lang stilzitten of niet bewegen na bijvoorbeeld een operatie
- Er iets verandert in de samenstelling van het bloed, bijvoorbeeld tijdens een ziekte als kanker of een zwangerschap.
Een longembolie is volgens medici een soort van sluipmoordenaar. Dit omdat de diagnose ervan nogal eens gemist wordt. Dat komt met name omdat bij een longembolie de klachten per persoon verschillend kunnen zijn. Er zijn wel duidelijke risicofactoren aan te wijzen die de kans op een longembolie vergroten.

Risicofactoren die de kans op een longembolie vergroten
- Langdurig stilzitten of liggen
- Een vliegreis van meer dan 6 uur
- Het gebruik van de anticonceptiepil
- Een zwangerschap
- Roken
- Een operatie
- Overgewicht.
Klachten die kunnen wijzen op een longembolie
Er zijn diverse klachten die bij een longembolie voorkomen en die alarmbellen doen afgaan:
- Plotselinge benauwdheid en kortademigheid
- Pijn op de borst (niet te verwarren met een hartinfarct)
- Pijn tussen de schouderbladen
En vaak ook: transpireren, hartkloppingen, een bleke kleur en een prikkelhoest.
Het hebben van een longembolie vraagt om een snelle behandeling. De diagnose wordt meestal gesteld door een bloed- en CT-onderzoek. Vaak wordt bij een vermoeden van een longembolie direct gestart met de toediening van zuurstof en antistollingsmedicatie. Dit om de kans op overlijden zo klein mogelijk te maken. Hierdoor verdwijnt het stolsel overigens niet; dit moet door het lichaam zelf worden opgeruimd en dat duurt over het algemeen enkele weken tot enkele maanden. De meeste mensen herstellen na een longembolie volledig. Er blijft wel altijd een verhoogd risico bestaan op een nieuwe embolie.
Tips om een longembolie te voorkomen
Helaas is een longembolie niet in alle gevallen te voorkomen, maar er zijn wel maatregelen te nemen die de kans op een longembolie kunnen verkleinen:
- Stoppen met roken
- Gevarieerd en gezond eten
- Voldoende water drinken
- Langdurig stilzitten in auto, trein of vliegtuig, voorkomen
- Het dragen van compressiekousen tijdens langere vliegreizen
- Tijdens langere reizen, elke twee uur gaan lopen en kuitspieroefeningen doen.
Tot slot
Als je maar enigszins het vermoeden hebt van een longembolie, neem dan direct contact op met een arts. Vroegtijdig ingrijpen kan veel leed voorkomen.